B&B-eigenaar Henk (73) gemarteld en vermoord, verdachten wijzen ook bij het hof elkaar aan
In dit artikel:
Op 22 januari 2021 drongen drie mannen het huis binnen van de 73‑jarige Boxtelse bed & breakfast‑eigenaar Henk van den Oetelaar. Het slachtoffer werd vastgebonden aan de verwarming en zwaar toegetakeld; zijn levenloze lichaam werd later aangetroffen. De verdachten — Thomas V., Andrius G. en Ignaz P. — hadden het volgens het openbaar ministerie gemunt op contant geld dat Van den Oetelaar in huis bewaarde. Thomas had eerder bij hem gelogeerd en zou dat weten. In Duitsland zouden de drie de roof hebben beraamd.
In juli 2022 sprak de rechtbank in eerste aanleg ieder van hen schuldig: alle drie waren bij de inbraak aanwezig met het oog op beroving en hebben het geweld gedoogd dat werd gebruikt om de locatie van het geld af te dwingen. Elk kreeg 15 jaar gevangenisstraf. Tegelijkertijd ontstond discussie over de precieze rolverdeling: V. en P. ontkennen dat zij hadden voorzien dat er geweld zou worden gebruikt en wijzen naar elkaar, terwijl er onder meer DNA van Thomas is gevonden op kleding van het slachtoffer, wat vragen oproept.
Tijdens de zitting in hoger beroep in het hof in Den Bosch, ruim drie jaar later, ontstond opnieuw vertraging. Een tolk ontbrak en verdediging van Ignaz P. vroeg uitstel omdat nieuwe elementen uit de verklaring van Thomas V. van belang zouden zijn. In de zaal verraste Andrius G. de familie door in het Litouws zijn excuses aan te bieden; de tolk vertaalde dat hij spijt had van het gedrag die avond. Nabestaanden benadrukken dat Van den Oetelaar een behulpzaam mens was en worstelen met de vraag waarom hij zo gewelddadig werd behandeld. Het hoger beroep moet de onduidelijkheden over wie wat precies deed verder ophelderen.