Boris Becker was als tiener al een lijfeigene in Den Bosch

In dit artikel:

Boris Becker keert terug in de publieke belangstelling niet met zijn tennis, maar met een boek: Binnen, een verslag van zijn acht maanden gevangenisstraf nadat hij schuldig werd bevonden aan faillissementsfraude. Zijn televisiepromotie leverde veel aandacht op; de ex‑topspeler zegt dat hij in detentie al zijn privacy verloor. Volgens de columnist zijn er in zijn carrière naar eigen zeggen zo’n 150 miljoen euro door zijn handen gegaan.

De auteur Henk Mees koppelt deze recente episode aan zijn herinneringen aan Becker’s vroege explosieve roem. In november 1985, toen Becker zeventien was en net Wimbledon won, speelde hij een betalend demonstratieduel in Den Bosch tegen toenmalig wereldspeler Ivan Lendl — een show die grote commerciële waarde vertegenwoordigde. Mees beschrijft hoe Becker door zijn manager Ion Țiriac werd gemanaged: de Roemeense zaakwaarnemer betaalde Becker’s ouders voor commerciële rechten en incasseerde forse percentages van sponsor- en prijzengeld. Vanaf zijn achttiende leverden auto‑, kleding‑ en horlogemerken miljoenen om met Becker geassocieerd te worden; op aanwijzing van zijn manager vestigde Becker zich in Monaco.

Mees plaatst Becker als voorbeeld van een jong talent dat zowel sportieve triomfen als sterke commerciële uitbuiting meemaakte. De reconstructie van die glansperiode contrasteert met zijn huidige status als ex‑gedetineerde en auteur, en werpt licht op de prijs van roem en de rol van managers bij het vormgeven van een sportcarrière.