Bouwen en wonen centraal in Den Bosch: wethouder Craste over spoorzone, miljoeneninvestering en toekomst van de stad
In dit artikel:
Wethouder Mariève Craste, die recent haar functie in Den Bosch begon, noemt haar start “dubbel”: trots op het werken aan grote projecten, maar meteen geconfronteerd met een gevoelig dossier rond het Design Museum. Nieuwe gesprekken over de toekomst van het museum liepen door, maar de ambities bleken binnen de beschikbare financiële kaders niet uitvoerbaar. De gemeentelijke wens om zowel het Noordbrabants Museum als het Design Museum een duurzame positie te geven blijft echter onverminderd; hoe dat concreet wordt ingevuld, wordt nog uitgewerkt.
Hoewel het stuk grond waar het museum gepland was voorlopig leeg blijft, volgen er wel ingrepen in de Spoorzone. Woningen aan de Citadel worden gesloopt omdat ze technisch niet meer geschikt zijn; BrabantWonen en de gemeente namen dat besluit en willen op die centrale plek betaalbare nieuwbouw realiseren. Ook een bestaande roeivereniging moet wijken; de gemeente voert gesprekken om een passende oplossing te vinden, maar geeft aan dat ruimte nodig is voor ontwikkeling.
Belangrijk nieuws is de rijksbijdrage van 86 miljoen euro voor het nieuwe station, de Spoorzone en directe omgeving. Volgens Craste is die impuls “echt hard nodig”: als Nederland’s op één na grootste overstapstation moet ’s-Hertogenbosch ruimte en toekomstbestendigheid bieden. Met het geld verwacht de gemeente sneller te kunnen bouwen en meer betaalbare woningen te realiseren. Op termijn moeten in de Spoorzone ongeveer 4.800 woningen verrijzen, verspreid over circa acht jaar.
Den Bosch anticipeert op sterke groei — van ongeveer 160.000 naar 200.000 inwoners — en kiest daarom bewust voor stedelijke verdichting in plaats van kleinschalige uitbreidingen. De bouwproductie wordt opgeschaald naar meer dan duizend woningen per jaar; projecten zoals Campus300, Paleiskwartier en Tramkade lopen al. De gemeente werkt ook aan ‘kavelpaspoorten’ om bouwprojecten sneller van de grond te krijgen.
Financiële beheersing blijft een prioriteit: de gemeente zegt lessen uit eerdere dossiers te hebben getrokken en wil vroegtijdig bijsturen wanneer plannen onhaalbaar worden. De Spoorzone is de stip aan de horizon, maar de uitvoering moet flexibel en risicobewust verlopen.