De Terneuzense visdiefjes waren dit jaar braaf, maar hadden mot met meeuwen

In dit artikel:

Het broedseizoen van de beschermde visdiefjes in Terneuzen is afgesloten; de vogels zijn vertrokken richting West-Afrika. De gemeente en ecologen trekken de conclusie dat de ingezette maatregelen grotendeels hebben gewerkt: er was dit jaar weinig overlast in de binnenstad. Visdiefjes vinden Terneuzen aantrekkelijk vanwege de voedselrijke Westerschelde en broeden graag op platte, kiezeldaken, maar tijdens de broedtijd kunnen ze agressief en luidruchtig worden en mensen aanvallen, wat bewoners en werknemers hinderde.

Terneuzen bestrijdt dat probleem door daken in maart en april met netten en afschrikmiddelen ongeschikt te maken en door alternatieve locaties aan te bieden, waaronder een drijvend broedeiland bij het sluizencomplex vlakbij het hoofdkantoor van Multraship. Vorig jaar had die aanpak voor het eerst echt effect; dit seizoen bleef het merendeel van de problemen uit, aldus ecologisch adviseur Alex Wieland, die de gemeente al jaren adviseert.

Toch ontstond er wél overlast op een stuk van het dak van het voormalige C&A-pand in het ABC-complex. Daar lagen netten, maar na het mislukken van een eerste groot broedsel bij de radarpost — waar ongeveer 330 koppels zaten en die in conflict raakte met drie à vier paar zilvermeeuwen — trokken sommige visdieven naar het C&A-dak om een tweede nest te beginnen. Dat illustreert dat het verjagen van vogels van één plek soms leidt tot concentratie elders.

Wieland pleit daarom voor bijstelling van het beleid: niet één grote plek voor honderden koppels, maar meerdere kleinschalige alternatieven (bijvoorbeeld tien locaties voor ongeveer dertig koppels elk). Zo kan toekomstige overlast beter worden voorkomen en blijft rekening gehouden met het welzijn van de soort.