Dus als het om concurrentie tussen bruidszaken gaat, kan 200 liter benzine best?

woensdag, 20 augustus 2025 (18:38) - BN De Stem

In dit artikel:

Een 30‑jarige man uit Roosendaal staat terecht voor de enorme explosie aan de Tarwekamp in Den Haag, waarbij eind vorig jaar een bruidsmodezaak en de bovenliggende woningen werden verwoest en zes mensen om het leven kwamen. Onderzoek wijst uit dat circa 200 liter benzine in combinatie met zwaar vuurwerk de explosie veroorzaakten.

De verdachte lijkt niet te ontkennen dat hij bij de aanslag betrokken was, maar verdediging via zijn advocaat suggereert dat hij is misleid: de opdracht zou zijn gepresenteerd als een klus in het kader van concurrentie tussen bruidszaken, zonder dat werd verteld dat de winkel toebehoorde aan zijn ex‑vriendin. De columnist zet die houding ironisch af tegen marketingregelgeving—waar bedrijven zich onderscheiden met de klassieke vier p’s—en noemt het cynisch dat sommigen blijkbaar kiezen voor wat hij noemt de “twee g’s van gericht geweld” als concurrerende tactiek.

Advocaten van de verdachten hebben ook gevraagd om onderzoek naar de constructieve staat van het getroffen pand, mogelijk om de schuld van de uitvoerders te relativeren. De columnist begrijpt de taak van verdedigers, maar wijst op hoe wrang zulke verdedigingen overkomen voor nabestaanden: er klinken woorden van spijt, maar tegelijk veel voorbehoud en excuses.

De column roept op om te overwegen of deze juridische manoeuvres onderdeel zijn van een normale verdediging of dat ze de ernst van de gevolgen onnodig bagatelliseren, en nodigt lezers uit hierop te reageren.