Gemeenten in de regio hebben weinig zicht op aantal arbeidsmigranten: 'Misbruik ligt op de loer'

In dit artikel:

Gemeenten in Brabant hebben weinig zicht op hoeveel arbeidsmigranten er in hun gebied wonen en werken. Dat blijkt uit onderzoek van de regionale omroepen, waarbij in onze regio antwoorden kwamen van Oss, Bernheze, Boxtel, Maashorst, Meierijstad, Sint-Michielsgestel en Vught; Den Bosch reageerde niet. Gemeenten geven aan dat zij vaak afhankelijk zijn van werkgevers, uitzendbureaus en huisvesters om inschrijvingen te regelen en controleren vooral bij overlast of bij grootschalige huisvesting.

Concrete cijfers ontbreken meestal; Bernheze meldde 1 juli dit jaar 1.285 arbeidsmigranten en Boxtel 2.345. Voor heel Brabant wordt het aantal geschat op circa 120.000, maar het echte aantal ligt waarschijnlijk hoger doordat veel mensen niet goed geregistreerd zijn. Arbeidsmigranten moeten zich aanvankelijk inschrijven in het Register Niet-Ingezetenen en na vier maanden in de gemeentelijke basisregistratie, maar die stappen verlopen niet altijd correct, waardoor verblijfplaats en werksituatie onduidelijk blijven.

Dat gebrek aan zichtbaarheid vergroot het risico op uitbuiting, ongezonde omstandigheden en zwart werk. Malafide tussenpersonen zijn een groot probleem: zij brengen vaak seizoensarbeiders zonder belang bij officiële registratie of belastingafdracht; schattingen noemen 40–50% van de arbeidsmigranten in die categorie. De arbeidsinspectie en gemeentelijke handhaving spelen een rol, maar veel valt nog “onder de radar”. Onderzoeker Bram Klouwen pleit ervoor dat gemeenten actiever locaties bezoeken en migranten helpen bij inschrijving om misbruik te voorkomen.