Moerdijk moet verdwijnen: advocaat ziet juridische haken en ogen
In dit artikel:
Dinsdag werd officieel bekend: het dorp Moerdijk, met ruim 1.100 inwoners, moet verdwijnen om plaats te maken voor drie grote energiestations die samen ongeveer 700 hectare grond behoeven — van dat totaal komt zo’n 450 hectare vrij door het opheffen van het dorp. De gemeente maakte het besluit bekend nadat het vertrek van het dorp al langer als dreiging hing.
Eindhovens advocaat Geert‑Jan Knoops waarschuwt dat zo’n ingreep juridisch verre van vanzelfsprekend is. Volgens hem gelden volgens het Europees mensenrecht vier voorwaarden voor onteigening, onder meer dat er sprake moet zijn van algemeen belang, dat de maatregel noodzakelijk is en proportioneel moet zijn. Het Rijk kan niet zomaar bewoners uit hun huizen zetten; onteigening moet zorgvuldig worden gemotiveerd en kan door bewoners aan de rechter worden voorgelegd. Knoops benadrukt dat inwoners zich kunnen verenigen om de beslissing te bestrijden en dat de rechter kan toetsen of alternatieven zijn onderzocht en of de ingreep werkelijk gerechtvaardigd is.
Knoops verwacht dat de vergoeding voor bewoners een belangrijk twistpunt wordt. Het Europees Hof houdt niet alleen rekening met de marktwaarde van huizen, maar ook met sociale en culturele aspecten: generatieslange bindingen, begraafplaatsen, het dorpsleven en de economische gevolgen voor ondernemers moeten meewegen. Volgens hem mogen gemeenschappen niet lichtvaardig uit elkaar worden gehaald; als het toch gebeurt, hoort er ook nagedacht te worden over verplaatsing van de gemeenschap als geheel.
Kortom: hoewel de energietransitie als doel wordt genoemd, zijn er juridische, maatschappelijke en financiële obstakels die het opheffen van Moerdijk tot een complex en betwistbaar dossier maken. Omroep Brabant bracht aanvullende reportages over de zaak.