Overdag een carrière achter de computer, 's avonds in de corsobouwtent: 'Het is vooral kijken wanneer ik níét ga'
In dit artikel:
Jaarlijks zitten honderden vrijwilligers na werktijd in tenten te zwoegen om de praalwagens voor het bloemencorso van Zundert te bouwen. Drie deelnemers uit verschillende buurtschappen illustreren waarom: verbondenheid, creatieve uitdaging en het samen naar een deadline toewerken.
Gijs van den Bemd (35) bouwt sinds 2007 voor buurtschap Rijsbergen en leidt daar het bouwproces. Overdag werkt hij als BIM-regisseur bij Heijmans en waardeert juist het lichamelijke, ambachtelijke werk in de tent als tegenwicht voor het computerwerk. Vanaf september vergadert zijn ploeg, later volgen wekelijkse bouwavonden; in de aanloop naar het corso is het bijna iedere avond samenkomen. Dit jaar bouwen ze een wagen met houten trekspeelgoed, voortgetrokken door trotse kinderen.
Marit Damen (33) is van kinds af aan verbonden aan buurtschap Klein‑Zundert, nu als bestuurslid. Als teamleider in de gehandicaptenzorg en moeder van drie jonge kinderen wisselt ze drukte in het dagelijks leven in voor papier‑maché en het plakken van zaden tijdens de bouwavonden. Ze noemt de leerervaring en vooral de saamhorigheid belangrijke drijfveren; in de laatste dagen neemt ze vakantiedagen op om te helpen met het ‘bloemen tikken’. Hun wagen draagt de titel T.R.I.P., met een knipoog naar geestverruimende thema’s.
Ontwerper Ronald van Loon (49) maakte dit jaar zijn twintigste ontwerp, nu voor Laer‑Akkermolen: ‘Visitors’, geïnspireerd op Amerikaanse sci‑fi uit de jaren ’50/’60 met een UFO. Van Loon, van beroep akoestisch adviseur, bedenkt in de winter het concept en stuurt tijdens de bouw aan op vorm, beweging en muziek; hij wisselt tussendoor tussen hands‑on werk en regie.
Samen laten deze portretten zien dat het corso meer is dan creatief vermaak: het is een traditie die sociale binding, vakmanschap en vrijwilligerszin samenbrengt in de aanloop naar het jaarlijkse spektakel in Zundert — bekend als ’s werelds grootste dahliacorso.