Rugbyers uit Nieuw-Zeeland bij Bossche Dukes: 'Je wil niet andere clubs leegroven'
In dit artikel:
The Dukes uit 's-Hertogenbosch openden zaterdag het rugbyseizoen met een 53-26 thuiszege op RFC Haarlem, maar het grootste nieuws was het debuut van twee Zuidelijke-Halfkogelspelers: Sione Baker en Brad Armstrong. Beide komen uit Australië/Nieuw-Zeeland en zijn recent naar Den Bosch gekomen om het team tijdelijk te versterken.
Sione Baker, geboren in Australië maar sinds zijn tiende in Nieuw-Zeeland opgegroeid, zegt dat spelen in het buitenland zijn niveau kan opkrikken; hij merkt dat er in Nederland anders wordt gespeeld en meer wordt ‘getrapt’ dan in Nieuw-Zeeland. Brad Armstrong, 28, verruilde vooral zijn thuisland voor de kans om te reizen en levenservaring op te doen; sportief gezien speelt zijn leeftijd ook een rol bij zijn keuze.
De aanwervingen kwamen tot stand via voorzitter/leider Rik van Schijndel (in overleg met de hoofdsponsor). Hij zocht niet toevallig in Oceanië: The Dukes missen op bepaalde posities direct inzetbare, consequent sterke spelers en halen daarom tijdelijke ervaring aan om eigen talenten de tijd te geven zich te ontwikkelen. Van Schijndel benadrukt ook dat de club liever internationaal werft dan spelers bij Nederlandse concurrenten weg te kapen. Nieuw-Zeeland en Australië zijn aantrekkelijk door het rugbyniveau en omdat jonge spelers vaak via een working-holidayvisum een jaar beschikbaar zijn. Eerder haalde de club ook spelers uit Fiji en Samoa.
Teamgenoot Faye Haynes verwelkomde de nieuwelingen: ze passen direct in en versterken de ploeg. Kleine praktische hobbels zoals wennen aan fietsen — Armstrong werd recent bijna aangereden — en het tijdelijke karakter van het verblijf (in principe tot eind mei) maken duidelijk dat het een proefjaar is; daarna zien de spelers en de club hoe het verder gaat.