Ryan Flamingo kan nu naar de volgende fase bij PSV: 'Dat moet er nog uit bij hem'
In dit artikel:
Ryan Flamingo (22), centrale verdediger van PSV, maakte in zijn debuutseizoen meteen het kampioenschap mee en viel vooral op door zijn fysieke robuustheid en aanvankelijk constant hoge niveau. Na een sterke start zakte zowel hij als het elftal na de winterstop in; er waren periodes met matige tot mindere prestaties, waarna hij zich tegen het einde van het seizoen weer herstelde. Flamingo raakte zelden geblesseerd, maar één slordigheid — bijvoorbeeld in de wedstrijd tegen NEC — gaf vorig seizoen aanleiding tot puntenverlies en benadrukte dat kleine fouten grote gevolgen kunnen hebben.
Op individueel vlak leverde hij ook imponerende duels af, onder meer tegen spits Viktor Gyökeres, waardoor hij even in beeld leek voor een voorselectie van Oranje. Bondscoach Ronald Koeman heeft echter nog geen definitieve uitnodiging gegeven en wil meer bewijs dat Flamingo zich op het allerhoogste niveau kan handhaven, temeer omdat er meerdere concurrenten voor de verdedigersposities zijn.
Huub Stevens, die als ervaren clubman bij PSV het talent van dichtbij kent, plaatst Flamingo qua niveau tussen Jong Oranje en het A-elftal. Stevens benadrukt dat Flamingo potentie heeft, maar aan enkele zaken moet werken: meer constantie in man-op-man-verdedigen, minder risico in zijn passes, en meer focus op het pure verdedigen zonder nerveus te raken van kritiek. Ook noemt hij dat de moderne arbitrage (VAR) fouten minder vergeeft, waardoor zuiverheid en meedogenloosheid in het verdedigingswerk belangrijker zijn geworden.
Een extra uitdaging is dat het centrum van PSV erg jong is; Flamingo mist nu soms de ondersteunende ervaring die hij vorig seizoen van Olivier Boscagli kreeg. Daardoor wordt nu meer leiderschap van hem gevraagd en een sterkere collectieve instelling. Stevens zegt dat als de onnodige foutjes verdwijnen, Flamingo de volgende stap in zijn ontwikkeling kan zetten. De wedstrijd tegen NEC biedt hem een concrete kans om het vertrouwen terug te winnen en zich te bewijzen.
Kortom: talent en basisvaardigheden zijn aanwezig, maar blijvende progressie vereist meer stabiliteit, minder risicovolle keuzes en meer leiderschap in een jong verdedigingscollectief — eigenschappen die vaak met ervaring komen.